Paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In deze paragraaf komen aan de orde:

  • Het weerstandsvermogen.
  • De inschatting van de risico’s die we lopen.
  • De financiële kengetallen en een toelichting daarop.

Normen:
Er gelden geen voorgeschreven normen voor de hoogte van het weerstandsvermogen of voor de verplicht voorgeschreven financiële kengetallen. Voor de hoogte van het weerstandsvermogen hanteren we een weerstandsratio van minimaal 1 (zie voor een nadere toelichting deze paragraaf). Voor wat betreft de financiële kengetallen sluiten we aan bij de signaalwaarden van de provincie Gelderland.

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen is het vermogen van de gemeente Winterswijk om risico’s op te vangen zonder dat de normale bedrijfsgang daardoor wordt verstoord. Het gaat hierbij om risico’s waarvoor geen voorziening of verzekering is afgesloten. Het weerstandsvermogen geeft daarmee inzicht in de gezondheid van de financiële positie van de gemeente op langere termijn.

Risico’s komen af en toe voor, zoals eenmalige negatieve exploitatieresultaten. Deze risico’s dekken we uit de algemene reserve. De algemene reserve vormt daarmee de incidentele weerstandscapaciteit.

Als risico’s een structureel karakter krijgen en dus over meerdere jaren tot significant hogere uitgaven leiden, is de algemene reserve onvoldoende. Dan moeten we de structurele weerstandscapaciteit aanspreken. Deze bestaat uit de onbenutte belastingcapaciteit, de post onvoorzien en de capaciteit op grond van de overige heffingen. 

Incidentele weerstandscapaciteit
Onze incidentele weerstandscapaciteit is als het ware onze buffer. Dit deel van onze reserves kunnen we naar keuze inzetten. We hanteren hiervoor een norm van € 60 per inwoner (€ 1,75 miljoen).

De algemene reserve bedraagt eind 2024 per saldo € 50,6 miljoen. Daarnaast kent de gemeente Winterswijk  een aantal bestemmingsreserves, zoals de bestemmingsreserve Begraven, de bestemmingsreserve Organisatieontwikkeling en de bestemmingsreserve Instandhouding voorzieningen. In tegenstelling tot reserves zijn voorzieningen nodig voor een normale bedrijfsvoering. De voorzieningen zijn vastgesteld op het niveau van het geschatte verlies of de geschatte verplichting.

Voor onvoorziene uitgaven was een bedrag van € 1,25 per inwoner opgenomen in de begroting. Voor een beroep op deze stelpost moet het betreffende voorstel voldoen aan de drie o’s: het moet onvoorzienbaar, onvermijdbaar en onuitstelbaar zijn. In 2024 is hierop geen beroep gedaan. 

Structurele weerstandscapaciteit
In het coalitieakkoord staat dat we als doel hebben dat de lokale lasten niet harder stijgen dan de jaarlijkse prijsindex van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). In 2024 zijn we binnen deze kaders gebleven. Het uitgangspunt voor gemeentelijke tarieven, leges en heffingen is 100% kostendekkendheid. Op basis van de realisatie over 2024 zouden de leges, marktgelden en grafrechten nog ruimte bieden.

Als zich structureel hogere risico’s voordoen, kunnen we andere kosten niet altijd jaarlijks met eenzelfde bedrag verlagen. We moeten onze inkomsten dan juist verhogen. Een alternatief is om de extra kosten uit de reserves te financieren, maar deze reserves zijn eindig. Voordat we een beroep kunnen doen op extra financiering van het Rijk, moeten we eerst onze eventuele belastingcapaciteit benutten. Het Rijk heeft een norm gesteld tot welk niveau het nog aanvaardbaar is lokale belastingen te verhogen. Dit is de artikel 12-norm. 

De onbenutte belastingcapaciteit is het bedrag dat de gemeente aan extra belastinginkomsten kan genereren binnen de hiervoor geldende wet- en regelgeving. Voor de berekening van de onbenutte belastingcapaciteit wordt gebruikgemaakt van de normen die gelden voor het zogenoemde artikel 12-beleid. Hierbij wordt gekeken naar de maximale eigen opbrengsten uit de onroerendezaakbelasting (OZB), rioolheffing en afvalstoffenheffing. Voor rioolheffing en afvalstoffenheffing geldt dat er wordt gestreefd naar 100% kostendekkende tarieven. Vandaar dat deze bij het bepalen van de onbenutte belastingcapaciteit buiten beschouwing worden gelaten. Of de OZB-tarieven kunnen stijgen ten opzichte van de artikel 12-norm wordt jaarlijks berekend. Bij de berekening wordt uitgegaan van de artikel 12-norm uit de meest recente circulaire van het Rijk. Het rekentarief voor eigenaren van woningen bedraagt 0,1595% (bron: meicirculaire gemeentefonds 2024). In Winterswijk was dit tarief 0,0987%, waarmee een opbrengst van € 4.035.000 werd gerealiseerd. De theoretische onbenutte belastingcapaciteit kan daarmee worden bepaald op € 2.485.000.

Samenvatting totaal weerstandsvermogen
Het is belangrijk dat we voldoende dekking hebben. Deze dekking, ofwel ons totale weerstandsvermogen, is per 31 december 2024 als volgt opgebouwd:

Incidenteel: algemene reserve € 50,6 miljoen.
Structureel: onbenutte belastingcapaciteit afgerond € 2,5 miljoen per jaar.

Risico’s

Terug naar navigatie - Risico’s

Excel-tabel

Pr. Onderwerp Risico/oorzaak Beheersmaatregel Voorgedaan
Risico's met mogelijk structureel financieel effect
1 WMO en Jeugd Open-einde regelingen en nog onzekerheid over de hoogte van de middelen voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang Uitvoering visie Sociaal Domein. Beheersmaatregelen toegang geïndiceerde zorg. Ja
2 Particpatiewet Open-einde regeling en landelijke budget ontoereikend Voorkomen instroom en begeleiding naar werk Nee
3 Rova Risico op betaling overhead op beheer openbare ruimte Nee
5 Ombuigingen rijk Rijk gaat komende jaren ombuigingen doorvoeren om overheidsfinanciën te verbeteren Voeren van een zuinig begrotingsbeleid Nee
Risico's met in principe incidenteel financieel effect
2 Boogie Woogie Afwikkeling frictiekosten Nee
4 AVG Niet voldoen aan de AVG geeft een groot risico op boetes en imagoschade. Een eventueel financieel risico kan een boete door de Autoriteit Persoongegevens inhouden. Processen op orde Nee
4 Informatie- en systeembeveiliging Hacks zijn aan de orde van de dag waarbij het financiele risico eruit bestaat dat er een enorme inzet moet worden gepleegd om de situatie te herstellen. Processen op orde Nee
4 Arbeidsmarkt Risico op niet halen van doelen en meer inhuur voor tijdelijk vervullen van vacatures. Prioriteren en arbeidsmarktbeleid Nee
5 Garanties en leningen Lokale partijen voldoen niet aan hun verplichtingen waardoor er aanspraak wordt gedaan op de garantstelling dan wel verstrekte leningen worden niet terugbetaald. Nee

Omschrijving (toelichting)

In de begroting zijn, na het bepalen van de weerstandscapaciteit, de financiële risico’s zo goed mogelijk gekwantificeerd om te beoordelen of we over voldoende weerstandsvermogen beschikken. 

Hiervoor is een risicoprofiel opgesteld, waarvan de basis al jaren geleden is gevormd door een organisatiebrede inventarisatie van alle risico’s. Deze inventarisatie wordt tweemaal per jaar, bij de begroting en de jaarrekening, geactualiseerd. Op basis van de inventarisatie, met kans en impact daarbij, is een top 8 samengesteld die we als ons risicoprofiel beschouwen. 

Navolgend bespreken we de risico’s zoals die zijn opgenomen in de begroting 2024. Ook kijken we daarbij of ze zich hebben voorgedaan en wat de situatie ultimo 2024 is. 

Daarna gaan we kort in op de risico’s, die niet in de top 8 zijn opgenomen, maar materieel voldoende van belang zijn om hier te melden. 

Wmo-jeugd 

De gemeente is verantwoordelijk voor de uitvoering van het sociaal domein. Wij begroten nu op basis van ervaringscijfers van voorgaande jaren en ontwikkelingen. Omdat er sprake is van 'open einde regelingen' en ondersteuning geboden moet worden aan inwoners, kan er bij een toename van het aantal cliënten en in te zetten ondersteuning een overschrijding ontstaan op het budget. Zowel bij de jeugdhulp als de Wmo zien we een (beperkte) overschrijding. 

Participatiewet 

De gemeente ontvangt jaarlijks vooraf een uitkering van het Rijk voor het betalen van bijstandsuitkeringen voor het levensonderhoud. Het Rijk heeft een vangnetregeling om forse overschrijdingen van het budget op te vangen. Deze vangnetregeling compenseert een deel van een eventueel tekort. Om voor de vangnetregeling in aanmerking te komen moet het tekort meer dan 7,5% van het rijksbudget bedragen, en moet het gecumuleerd tekort over de drie voorafgaande jaren ook minimaal 7,5% zijn. In 2024 hebben we hierop geen beroep gedaan.

ROVA 

In 2024 hebben gesprekken plaatsgevonden over de omvang van het beheerareaal van de openbare ruimte in Winterswijk en de tariefontwikkelingen van ROVA. De komende jaren gaat dit leiden tot een structurele kostenverhoging. De verwachting is dat dit begin 2025 leidt tot een concreet voorstel voor de begroting van 2026. Voor 2024 hebben deze gesprekken geen financiële gevolgen.

Ombuigingen Rijk 

De rijksbijdrage in de vorm van de algemene uitkering uit het gemeentefonds blijft een onzekere factor. In 2024 kende zowel de mei- als de septembercirculaire een voordeel. De structurele omvang van de algemene uitkering is nog onzeker. De vraag is of deze toereikend is voor loon- en prijsontwikkelingen en de wijzigingen in het areaal. Daarnaast is de aanpassing van het verdeelmodel nog niet volledig geëffectueerd en dient een nieuwe wijziging per 2027 zich alweer aan. 

Boogie Woogie 

Door de uittreding van Oost-Gelre was de verwachting dat sprake zou zijn van frictiekosten. Deze hebben zich niet voorgedaan. 

AVG 

Op het gebied van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) hebben zich in 2024 geen risico's voorgedaan.

Informatie- en systeembeveiliging 

Dit risico heeft betrekking op de beveiliging en uitval van ICT. Dit risico heeft zich in 2024 slechts in een incidenteel geval voorgedaan, doordat bijvoorbeeld een applicatie tijdelijk niet werkte. 

Arbeidsmarkt 

De verwachte krapte op de arbeidsmarkt heeft zich in 2024 inderdaad voorgedaan. Om de voortgang te garanderen hebben we een beroep moeten doen op de inzet van derden. In financiële zin heeft dit geen nadelige gevolgen gehad. In de realisatie van de begroting is de onderuitputting op de budgetten en de overheveling van de budgetten wel een indicatie dat de uitvoerbaarheid onder druk stond. 

Garanties en leningen 

De gemeente Winterswijk staat voor € 123,8 miljoen (31-12-2024) garant voor leningen die zijn afgesloten door corporaties De Woonplaats en Woonzorg Nederland, en door enkele verenigingen (31-12-2023: € 119,3 miljoen).

Voor 2024 is alleen het saldo gewijzigd. Er zijn geen nieuwe corporaties bijgekomen. Ook zijn er in 2024 geen nieuwe leningen afgesloten. Wel is er in totaal € 2 miljoen uitgegeven voor respectievelijk de regeling ‘Toekomstbestendig Wonen' (€ 500.000) en de ‘Starterslening 2021 gemeente Winterswijk’ (€ 1,5 miljoen). Maar dit zijn aanvullingen op bestaande budgetten. Daarnaast is € 5,1 miljoen afgelost op bestaande langlopende leningen. Ook is € 181.000, als aflossing, ontvangen op eerder verstrekte leningen.

Samenvattend hebben zich hier in 2024 geen risico's voorgedaan.

Investeringen Weurden 

De panden die in 2016 en in 2021 zijn aangekocht voor de herontwikkeling van het Weurden, hebben een boekwaarde van € 1,2 miljoen. De panden liggen in het plangebied voor WoooW. De gemeente ontwikkelt een nieuw plan voor WoooW. De financiële uitkomst van het plan staat nog niet vast. Wel kan nu worden geconstateerd dat de kans aanzienlijk is dat het geld dat is geïnvesteerd in de positie aan het Weurden (boekwaarde € 1,2 miljoen), niet wordt terugverdiend. Het risico heeft zich in 2024 niet voorgedaan. 

Conclusie 

In de begroting voor 2024 is het risico op basis van de beschreven systematiek ingeschat op € 8.650.000. Gebaseerd op de huidige inzichten kan worden vastgesteld dat  zich een beperkt deel van de risico's heeft voorgedaan. Hiervoor is echter geen beroep gedaan op het weerstandsvermogen. 

Weerstandsratio

Terug naar navigatie - Weerstandsratio

De weerstandsratio komt tot stand door de algemene reserve te delen door het risicoprofiel. In de begroting 2024 is het risicoprofiel ingeschat op € 8.650.000. Doordat de omvang van de algemene reserve is toegenomen tot € 50.589.000, verbetert de ratio naar 5,84.  Volgens de tabel die de provincies hanteren als het gaat om de weerstandsratio, is deze uitstekend en is er geen aanleiding om bijvoorbeeld de algemene reserve te versterken. Dat is pas aan de orde wanneer de ratio richting 1,0 zou dalen.

Weerstandsratio
Algemene reserve 50.589.000
Risicoprofiel 8.650.000
Ratio 5,84
Ratio Waardering
> 2,0 Uitstekend
1,4 – 2,0 Ruim voldoende
1,0 – 1,4 Voldoende
0,8 – 1,0 Matig
0,6 – 0,8 Onvoldoende
< 0,6 Ruim onvoldoende

Kengetallen financiële positie

Terug naar navigatie - Kengetallen financiële positie

Het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) schrijft voor om de volgende financiële kengetallen in de begroting op te nemen:

1. Netto schuldquote
2. Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen
3. Solvabiliteit
4. Grondexploitatie
5. Structurele exploitatieruimte
6. Belastingcapaciteit

Zie voor het verloop van de kengetallen onderstaande tabel.

2023 2024 2024
Jaarrekening Begroting tm prognose 2 Jaarrekening
1. Netto schuldquote 70,00% V 60,10% V 54,94% V
2.Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen 65,20% V 53,58% V 48,84% V
3.Solvabiliteit 35,70% M 34,80% M 38,60% M
4.Structurele exploitatieruimte 1,97% V 1,69% V 3,23% V
5.Grondexploitatie 5,70% 5,20% 5,80%
6.Belastingcapaciteit 99,00% 91,00% 91,00%

Signaalwaarden

Terug naar navigatie - Signaalwaarden

De beoordeling van de score met de kleuren is gebaseerd op onderstaande ‘signaalwaarden’, die de provincie hanteert bij de beoordeling van de begroting en jaarrekening (overigens geen criterium voor het soort financieel toezicht).

Kengetal Minst risicovol Neutraal Meest risicovol
Netto schuldquote < 90% 90% - 130% > 130%
Netto schuldquote (gecorrigeerd) < 90% 90% - 130% > 130%
Solvabiliteitsratio > 50% 20% - 50% < 20%
Grondexploitatie < 20% 20% - 35% > 35%
Structurele exploitatieruimte (begroting) > 0% 0% < 0%
Belastingcapaciteit < 95% 95% - 105% > 105%

Netto schuldquote inclusief verstrekte leningen en netto schuldquote exclusief verstrekte leningen

Terug naar navigatie - Netto schuldquote inclusief verstrekte leningen en netto schuldquote exclusief verstrekte leningen

De netto schuldquote geeft de verhouding tussen de schulden en inkomsten aan. Daarnaast zegt het kengetal ook wat over de flexibiliteit van de begroting. Hoe hoger de schuld, hoe meer rentelasten en aflossingen er zijn. Hierdoor wordt de begroting minder flexibel. De netto schuldquote wordt berekend inclusief en exclusief doorgeleende gelden. Wat betreft de doorgeleende gelden lopen gemeenten over het algemeen weinig risico. Voor de beoordeling is de netto schuldquote (gecorrigeerd) om die reden het meest relevant. Hoe lager het kengetal hoe beter. Als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt, dan bevindt de gemeente zich in de gevarenzone (rood). Het bestuur moet er werk van maken om de schuld te verlagen.

De netto schuldquote is verbeterd en zit nog ruim binnen de marge van 100%.

Solvabiliteit

Terug naar navigatie - Solvabiliteit

Onder de solvabiliteitsratio verstaan we het eigen vermogen als percentage van het totale vermogen. Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin Winterswijkse bezittingen zijn gefinancierd met eigen vermogen. Ook laat het zien of de gemeente in staat is op de lange termijn aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hier geldt: hoe hoger het kengetal hoe beter.

De solvabiliteitsratio van 38,8% komt met name door een toename van de reserves. Deze wordt veroorzaakt door het rekeningresultaat van 2023 en 2024.

Grondexploitatie

Terug naar navigatie - Grondexploitatie

Gemeenten moeten de risico’s voortvloeiend uit de grondexploitaties kunnen opvangen. Hiervoor is weerstandscapaciteit nodig. De weerstandscapaciteit wordt bepaald door de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om tegenvallers op te vangen, zonder dat het nodig is de begroting of het beleid aan te passen. Het risico dat de gemeente loopt bij de grondexploitaties kan op twee manieren worden benaderd:

  1. Het risico dat de resultaten uit de grondexploitaties lager uitvallen dan wordt verwacht, waarbij nog wel kan worden uitgegaan van een positief resultaat.
  2. Het risico dat de toekomstige inkomsten niet voldoende zijn om de gemaakte kosten goed te maken, met als gevolg dat verlies wordt geleden.

De algemene reserve van de gemeente dient als bron voor het weerstandsvermogen.

De relatie tussen risico’s en weerstandscapaciteit hangt samen met het belang dat de gemeente heeft om een positief saldo uit de grondexploitaties te halen. Wanneer verwachte positieve saldi uit grondexploitaties op voorhand worden ingezet om ontwikkelingen te financieren, dan is het verstandig rekening te houden met een grotere risicoreservering. In Winterswijk worden de resultaten uit grondexploitaties niet verwerkt in de meerjarenbegroting.

In het jaar waarin duidelijk wordt dat een verlies gaat optreden, moet het verlies worden verwerkt in de jaarrekening door een verliesvoorziening te treffen. Dit wordt per complex beoordeeld. Tekorten moeten worden afgedekt in het jaar waarin ze voorzienbaar worden. Winsten moeten worden genomen naarmate projecten zijn gerealiseerd. Per project moet dit worden beoordeeld.

Het verwachte resultaat van de geactualiseerde grondexploitaties in de  Bouwgronden in Exploitatie (BIE) is berekend op € 0,6 miljoen positief.

Bij de jaarrekening is een inventarisatie gemaakt van de risico’s in de grondexploitaties. De risico’s zijn beschreven. Beoordeeld is wat de kans is dat de risico’s zich voordoen en wat de impact is. De omvang van de gezamenlijke risico’s is bepaald met een kansberekening. Het is immers niet waarschijnlijk dat alle risico’s zich op hetzelfde moment en in volle omvang voordoen. De kansberekening is uitgevoerd met een Monte Carlo-analyse. De analyse geeft aan dat voor de actuele grondexploitaties een weerstandsvermogen van € 1,0 miljoen toereikend is.

Structurele exploitatieruimte

Terug naar navigatie - Structurele exploitatieruimte

Aan de hand van dit kengetal kan het structurele en reële evenwicht van de begroting worden beoordeeld. Een percentage van 0% betekent een sluitende begroting, een positief percentage wil zeggen dat er structurele begrotingsruimte is. Op basis van de realisatie in 2024 is de structurele exploitatieruimte 3,08%.

Belastingcapaciteit

Terug naar navigatie - Belastingcapaciteit

De belastingcapaciteit geeft aan hoe de belastingdruk in de provincie of gemeenten zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Onder de woonlasten verstaan we de onroerendezaakbelasting (OZB), de rioolheffing en reinigingsheffing voor een woning met een gemiddelde waarde. Een uitkomst boven de 100% betekent hogere woonlasten dan gemiddeld in Nederland. Dit zegt echter niets over de feitelijke onbenutte belastingcapaciteit, dat is immers een politieke keuze. Zie ook de passage in deze paragraaf over de ‘artikel 12-norm’. 

Conclusie kengetallen

Terug naar navigatie - Conclusie kengetallen

Winterswijk heeft een goede financiële positie. We moeten de kengetallen in relatie tot elkaar bekijken. Geven de kengetallen gezamenlijk een verontrustend beeld? Dan betekent dit dat de financiële positie van onze gemeente onder druk staat en dat maatregelen noodzakelijk zijn. Daar is op dit moment geen sprake van. De kengetallen blijven binnen de signaalwaarden neutraal en minst risicovol.