Programma 5 Inkomsten van Winterswijk

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Programma 5 is een nieuw programma met ingang van de begroting 2023.

Dit programma omvat de inkomsten van onze gemeente die ook de algemene dekkingsmiddelen zijn: de algemene uitkering uit het gemeentefonds en onze lokale heffingen. 

Tot 2023 maken de algemene dekkingsmiddelen onderdeel uit van programma 4. Wij stellen met de begroting 2023 voor om de algemene dekkingsmiddelen in een eigen programma te zetten om de sturingsmogelijkheden op de andere vier programma's zuiverder te maken.
In de andere vier programma's staan nu de activiteiten en budgetten die ook daadwerkelijk horen bij onze ambities en doelstellingen én waarop wij (bij)sturingsmogelijkheden hebben. Het college voert de begroting uit binnen de programma's en is in dat kader bevoegd om bij te sturen op activiteiten en budgetten bij te stellen binnen het betreffende programma.  

De (bij)sturingsmogelijkheden op het nieuwe programma 5 zijn beperkt. Op de algemene uitkering hebben wij als individuele gemeente geen invloed. En de hoogte van de lokale heffingen kunnen we alleen voor aanvang van het begrotingsjaar bepalen. Het gaat om inkomsten die geen directe relatie hebben met uitgaven in onze begroting. Daarom past het niet dat met deze  inkomsten geschoven kan worden ter dekking van andere lasten. Isolatie van de algemene middelen in een eigen programma is dan de meest logische keuze.

5.1 Algemene middelen

Ambitie

Terug naar navigatie - Ambitie

We zijn een financieel gezonde gemeente. De ambities in onze begroting zijn in evenwicht met de gemeentelijke financiën voor korte en lange termijn.

Relevante documenten:

  • Financiële verordening gemeente Winterswijk;
  • Treasurystatuut;
  • Planning- en controldocumenten.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

Ontwikkeling algemene uitkering: Zie financieel hoofdstuk in deze begroting

Ontwikkeling van lonen en prijzen: We hebben een stelpost van € 300.000 per jaar geraamd. Het risico bestaat dat deze niet toereikend is.

5.2 Lokale belastingen

Ambitie

Terug naar navigatie - Ambitie

De lokale lastendruk is in evenwicht met ons voorzieningenniveau. 

Voor heffingen en leges is het uitgangspunt dat deze in principe kostendekkend zijn, tenzij deze te zeer afwijken van bijvoorbeeld de tarieven van vergelijkbare gemeenten of wanneer er sprake zou zijn van een te hoge stijging ineens. 

Om onze ambities betaalbaar te houden zetten we maximaal in op het verkrijgen van (Europese) subsidies in plaats van het verhogen van de lokale belastingen. 

Relevante documenten:

  • Belastingverordeningen

 

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

De hoge aanhoudende inflatie in 2022 treft een steeds grotere groep huishoudens. Dit kan impact hebben op de betaling van de belastingaanslagen.

Financiële onderbouwing programma 5

Algemene middelen

Terug naar navigatie - Algemene middelen

Baten

Binnen de algemene middelen is sprake van een forse inkomstenverhoging die feitelijk geheel is toe schrijven aan een verhoging van de algemene uitkering. Afgerond en in bedragen x € 1.000 ziet de aanpassing er voor de komende jaren als volgt uit:

                                                                                                  2023                 2024                  2025                   2026
Herverdeeleffect                                                              300                1.700                 2.100                 2.200
Algemene stijging                                                         5.900                7.000                 8.400                 3.000
Compensatie jeugdzorg                                                750                    100                     100                     600
Overige bijstellingen                                                       150                   200                           0                      100
Totaal                                                                                     7.100              9.000              10.600                 5.900

Herverdeeleffect
Vanaf 2023 wordt het gemeentefonds (totaal € 35 miljard) op een andere wijze verdeeld. Omdat het totale bedrag gelijk blijft ontstaan in dat geval voor- en nadeelgemeenten. De mate van voor- of nadeel verschilt enorm per gemeente. Om nadeelgemeenten niet van de één op de andere dag met een te groot nadeel te confronteren, wordt er in dit soort situaties altijd een zogenaamd ingroeipad afgesproken. De voordeelgemeenten krijgen dan in oplopende stapjes het voordeel uitgekeerd waarmee de nadeelgemeenten tijdelijk gecompenseerd worden. Concreet ontvangt Winterswijk, via het ingroeipad, in 2023 € 7,50 per inwoner, in 2024 € 22,50 per inwoner en vanaf  2025 € 37,50 per inwoner. De laatste berekeningen tonen echter dat Winterswijk voordeelgemeente is voor een bedrag van € 100 per inwoner. Of en wanneer het resterende voordeel uitgekeerd gaat worden is dus nog onzeker en onderdeel van de genoemde nieuwe financieringssystematiek voor gemeenten.

Algemene stijging
Het accres (ook wel groei van het gemeentefonds) is afhankelijk van de totale Rijksuitgaven. Geeft het Rijk (naar verwachting) meer uit dan in een vorige periode aangenomen dan stijgt ook het gemeentefonds evenredig en andersom, ook wel aangeduid als ‘samen de trap op en af’.

In de meicirculaire 2022 zit op dit onderdeel het grootste voordeel omdat gemeenten nu extra hard ‘mee de trap op gaan’ doordat het Rijk veel meer uitgeeft dan bij start van het nieuwe kabinet werd aangenomen (o.a. inflatie). De totale algemene uitkering, en vooral het accres, geldt als algemeen dekkingsmiddel voor bijvoorbeeld gestegen kosten maar ook voor bijvoorbeeld eigen nieuw beleid.

Commissie van Wijzen, Jeugdzorg
Er is een ‘arbitragecommissie’ ingesteld die uitspraken heeft gedaan over de ‘tekorten’ in de Jeugdzorg. Het kabinet heeft de, de door commissie geadviseerde, bedragen in de Rijksbegroting opgenomen en gemeenten werd toegestaan 75% hiervan in de begroting op te nemen. Bij deze meicirculaire is voor 2023 de resterende 25% toegekend en heeft een herberekening plaats gevonden van de bedragen voor 2024 tot en met 2026. 

Overige bijstellingen

Daarnaast is sprake van een aantal overige bijstellingen zoals extra middelen voor BOA-capaciteit waar elders in de begroting rekening is gehouden met extra uitgaven.

Voor het jaar 2026 is sprake van een afname ten opzicht van 2025 van € 4,7 miljoen. In het hoofdstuk Financiële positie van de gemeente Winterswijk is hierop al een nadere toelichting gegeven.

Lasten

Onder de lasten zijn 'negatieve' bedragen opgenomen wat feitelijk inhoudt dat we met een voordeel voor de begroting te maken hebben. Dit heeft een financieel-technische oorzaak door de huidige wijze van doorbelasting van salaris- en overige organisatiekosten (waaronder ook kapitaallasten). In 2022 zijn we gestart om dit anders vorm te geven, echter de effecten daarvan konden in deze begroting nog niet worden meegenomen.

Voor de jaren 2023-2026 hebben we een aanvullende stelpost voor inflatie opgenomen van € 300.000. Daarmee is binnen dit programma sprake van een voordeel op doorbelaste bedrijfsvoerings- en kapitaallasten (overige ontwikkelingen) van ruim € 1,8 miljoen. Hier staan echter bij de verschillende beleidsvelden nadelen op overige ontwikkelingen tegenover voor een totaalbedrag van afgerond € 2,4 miljoen. Het verschil van € 600.000 komt overeen met de CAO-stijging (3,5%) van de personeelslasten die 'beetje bij beetje' verdeeld zijn over alle beleidsvelden, voor het overige is sprake van een financieel-technische verschuiving in lasten (dus geen extra lasten).

 

Lokale belastingen

Terug naar navigatie - Lokale belastingen

Gemeentelijke belastingen 
In het coalitieakkoord is opgenomen dat we de opbrengsten voor de onroerende-zaakbelastingen (OZB) fixeren op de opbrengst die we in 2022 realiseren. Deze opbrengst passen we wel aan met de indexering (voor 2023 is deze 3%).  Op basis van de tot nu toe gerealiseerde opbrengst OZB over 2022 en de indexering, verwachten we € 255.000 meer aan OZB op te leggen in 2023 dan oorspronkelijk begroot.