Toelichting op de balans

Waarderingsgrondslagen

Terug naar navigatie - Waarderingsgrondslagen

De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Dit besluit is met ingang van 1 januari 2004 in werking getreden.
Aan de debet- ofwel de linkerkant van de balans staat een opsomming van alle zogenoemde activa. Dit zijn de bezittingen van de gemeente.
De creditzijde, de rechterkant van de balans, geeft inzicht in de financiering van deze bezittingen. Dit worden de passiva genoemd, bestaande uit eigen vermogen en de schulden, het zogenoemde vreemd vermogen.

Schatting en Stelselwijziging vaste activa

Terug naar navigatie - Schatting en Stelselwijziging vaste activa

De gemeenteraad van Winterswijk heeft op 27 mei 2021 besloten om een stelsel en schattingswijziging door te voeren. Het oude waarderings- en afschrijvingsbeleid voldeed niet (meer) aan de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) regelgeving. De bestaande (rest)boekwaarden zijn niet herrekend, maar worden over de langere (dan wel kortere, dan wel gelijkblijvende) verwachte gebruiksperiode afgeschreven.

Algemene grondslagen

Terug naar navigatie - Algemene grondslagen

De waardering van de activa en de passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten (verkrijgings- of vervaardigingsprijs), tenzij bij de desbetreffende balanspost anders is vermeld. De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Balans-vaste activa: bezittingen met een lange looptijd

Terug naar navigatie - Balans-vaste activa: bezittingen met een lange looptijd

Artikel 35 BBV beschrijft de afzonderlijke investeringen. Investeringen met economisch nut, investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven en investeringen uitsluitend met maatschappelijk nut in de openbare ruimte.

Investeringen met economisch nut
Investeringen die op enigerlei wijze kunnen leiden tot of bijdragen aan het verwerven van inkomsten zijn investeringen met economisch nut. De vraag of de investering geheel kan worden terugverdiend is niet relevant voor de classificatie.
De waardering van de vaste activa is gebaseerd op de historische kostprijs c.q. aanschafprijs, verminderd met bijdragen van derden en verminderd met de afschrijvingen. De activa zijn niet bezwaard met hypotheken en dergelijke.
Afschrijving vindt in principe plaats vanaf 1 januari na het jaar van ingebruikname. Dit met uitzondering van investeringen in automatisering. Deze worden afgeschreven vanaf 1 januari in het jaar van aanschaf. 
De afschrijvingstermijnen zijn gebaseerd op de gemiddelde levensduur van de investeringen. Alle activa worden in principe lineair afgeschreven. Dit met uitzondering van investeringen in automatisering en nieuwe gebouwen waar op basis van de annuïtaire methode wordt afgeschreven. Door de annuïtaire methode worden de kapitaallasten gedurende de gehele afschrijvingstermijn geëgaliseerd. Bij de nieuwe gebouwen zijn goede onderhoudsprogramma’s beschikbaar. Op basis van deze onderhoudsprogramma’s zijn ook de onderhoudskosten via voorzieningen geëgaliseerd.
Door annuïtaire afschrijving én het vormen van onderhoudsvoorzieningen wordt de totale lastendruk gedurende de gebruiksduur dus zoveel als mogelijk geëgaliseerd.

Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Deze investeringen met een economisch nut kunnen bijdragen aan het genereren van middelen, bijvoorbeeld door het vragen van rechten, heffingen, leges of prijzen voor de kosten van de investering. Dit betreffen investeringen in verband met riool- en afvalstoffenheffing.

Materiële vaste activa met maatschappelijk nut
Investeringen met uitsluitend maatschappelijk nut zijn onder andere wegen en openbaar groen. Dit zijn investeringen waar tegenover geen directe “eigen” opbrengsten staan, zoals de riolering, of een waarde hebben in het economisch verkeer zoals onroerend goed. 
In principe kunnen deze investeringen direct ten laste van de exploitatie worden gebracht. Dit leidt echter tot een aanzienlijke aantasting van de reservepositie van de gemeente. Daarmee zou de bewegingsvrijheid voor de raad worden beperkt om op incidentele ontwikkelingen in te spelen. Daarom worden deze activa lineair afgeschreven gedurende de gebruiksduur van deze activa. 

Immateriële vaste activa
Immateriële vaste activa zijn uitgaven waar geen gemeentelijke bezittingen tegenover staan. Dit zijn die activa die niet stoffelijk van aard zijn en die niet onder de financiële vaste activa worden begrepen. De bijdrage in activa van derden zijn verantwoord als  immateriële vaste activa. De bijdragen aan activa in eigendom van derden worden lineair afgeschreven conform de afschrijvingstermijnen die gelden voor de eigen materiële activa.

De NIEGG (niet in exploitatie genomen gronden) is verantwoord als materiële vaste activa met economisch nut. 

De kapitaallasten (rente en afschrijving) 2021 zijn gebaseerd op investeringen die voor 1 januari 2021 zijn afgerond. Met andere woorden, een investering die binnen het kalenderjaar,  bijvoorbeeld 2021 wordt opgestart en afgerond dan wel in gebruik wordt genomen, wordt afgeschreven vanaf 1 januari 2022. Vanaf dat moment vindt ook  toerekening van de rente plaats. 
Voor een investering die niet eind 2021 is afgerond, worden geen kapitaallasten naar de programma’s doorgerekend. Hierdoor worden de rentekosten van een investering die doorloopt naar het volgende kalenderjaar direct ten laste van het exploitatieresultaat gebracht. 
Voor het totaaloverzicht van de afschrijvingstermijnen wordt verwezen naar de door de raad vastgestelde financiële verordening, waar in de bijlage de afschrijvingstermijnen zijn opgenomen.

Financiële vaste activa
De financiële activa bestaan uit kapitaalverstrekkingen en leningen aan:
1.    gemeenschappelijke regelingen;
2.    verbonden partijen; 
3.    hypothecaire geldleningen aan medewerkers (sinds 1 januari 2009 worden geen   
        nieuwe leningen meer verstrekt);
4.    schatkistbankieren.
De waardering is gebaseerd op de verkrijgingsprijs dan wel vervaardigingsprijs, verminderd met - voor wat de geldleningen betreft - de aflossingen op de geldleningen. Op kapitaalverstrekkingen en geldleningen wordt in principe niet afgeschreven. De werkelijke waarde van deelnemingen kan hiervan afwijken. 
Rentetoerekening lopende investeringen

Balans- vlottende activa: bezittingen met een korte looptijd

Terug naar navigatie - Balans- vlottende activa: bezittingen met een korte looptijd

Vlottende activa zijn bezittingen met een relatief korte doorlooptijd. Dit betekent dat ze gemakkelijk in geld zijn om te zetten. Ze zijn “liquide”. 

Voorraden
De voorraden betreffen bouwgronden in de grondexploitatie. 
Waardering vindt plaats tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs of tegen lagere opbrengstwaarde indien marktontwikkelingen en -verwachtingen daartoe aanleiding  geven. Verwachte verliezen worden op deze manier vroegtijdig genomen. Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingkosten in mindering gebracht. Voor eventuele verwachte negatieve resultaten op de projecten is een voorziening gevormd. Rentetoerekening is gebaseerd op werkelijke rente en rekening houdend met verhouding vreemd en totaal vermogen. Een nadere toelichting is opgenomen in de paragraaf grondbeleid van het jaarverslag.

Uitzettingen met een rente typische looptijd korten dan één jaar
De vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Een voorziening voor dubieuze debiteuren is getroffen en in mindering gebracht op de vorderingen. Vorderingen worden afgeboekt op het moment dat ze door faillissement of andere oorzaken ook daadwerkelijk oninbaar zijn.

Liquide middelen
De liquide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.

Overlopende activa
De overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde

Balans- vaste passiva

Terug naar navigatie - Balans- vaste passiva

Eigen Vermogen
Onder het eigen vermogen zijn opgenomen de algemene reserves, de bestemmingsreserves en het saldo van de rekening van baten en lasten. De algemene reserves zijn alle reserves die primair dienen als weerstandsvermogen om incidentele tegenvallers in de exploitatie op te vangen. De bestemmingsreserves zijn reserves waaraan de gemeenteraad een bepaalde bestemming heeft meegegeven. Dit zijn vermogensbestanddelen die alleen in de aangegeven richting zijn aan te wenden. 

Voorzieningen
Onder de voorzieningen zijn opgenomen, de op het moment van opstellen van de jaarrekening voorzienbare verplichtingen, verliezen en/of risico’s, voor zover de omvang hiervan redelijkerwijs is in te schatten. De voorzieningen zijn gewaardeerd op nominale waarde. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter op contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf kapitaalgoederen is het beleid nader uiteengezet. Voorzieningen worden op grond van artikel 44 BBV gevormd voor:
-    Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is doch redelijkerwijs te schatten.
-    Bestaande risico’s op balansdatum ter zake van verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is.
-    Kosten die in een volgend begrotingsjaar worden gemaakt maar de oorsprong hebben in het begrotingsjaar of een eerder begrotingsjaar en de voorziening strekt tot kostenegalisatie.

Vaste schulden met een rente typische looptijd van één jaar of langer
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rente-typische looptijd van één jaar of langer.

Balans- vlottende passiva

Terug naar navigatie - Balans- vlottende passiva

Overige kasgeldleningen
De kasgeldleningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Overige schulden
De overige schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Overlopende passiva
De overige passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Vennootschapsbelasting
Vanaf 1 januari 2016 is de vennootschapsbelastingplicht voor gemeenten ingevoerd. Dit houdt in dat gemeenten die winst of structurele overschotten behalen met activiteiten die concurreren met de markt vennootschapsbelasting gaan betalen. Momenteel is de gemeente Winterswijk bezig met de inventarisatie en de verwachting is dat voor 2021 geen vennootschapsbelasting betaald hoeft te worden.